De Vlaamse overheid stelde op het einde van 2014 het Renovatiepact op. Met dit renovatiepact wil de overheid dat elke woning tegen 2050 zo energiezuinig mogelijk is. Hoewel het op dit moment nog geen verplichting is, investeert de wooncoöperatie bij alle projecten in het behalen van deze normen. Zo denken we niet alleen vooruit, maar bieden we de huidige bewoners al een woning aan met weinig energieverbruik en veel comfort.
Hoe haal je de energienormen 2050?
Er zijn twee manieren om de energienormen 2050 te bereiken. Als je aan één van de twee voldoet, dan is je woning mee met deze energienormen.
- Aparte regels per deel van je woning
Bekijk de isolatiewaarde van de onderdelen van je woning apart. Voldoen ze allemaal aan de norm, dan ben je klaar voor 2050. Deze normen worden uitgedrukt in de warmtedoorgangscoëfficiënt U. Hoe beter geïsoleerd, hoe lager de U-waarde.
- Vloer, dak en muren voldoen aan een isolatiewaarde van U = 0,24 W/(m²K). Heb je geen idee wat dit inhoudt? Voor muren heb je hiervoor afhankelijk van het materiaal tussen de 9 en 13 cm isolatie nodig.
- Beglazing behaalt een isolatiewaarde Ug < 1,0 W/m²W. Het standaard driedubbelglas zorgt voor een gemiddelde Ug waarde van 0,7 W/m²W en zo behalen we de eisen ruimschoots van hoogrendementsglas.
- Raamprofielen en beglazing behalen samen een waarde van Uw = 1,5 W/(m²K). Niet enkel het glas, maar ook het profiel van je ramen speelt een rol bij het isoleren. Een goed isolerend profiel is onderverdeeld in verschillende kamertjes die de overdracht van warmte of koude tegenhouden.
- Een energiezuinige verwarmingsinstallatie. De keuze om van WKK’s, brandstofcellen, buffervaten, PVpanelen,… te combineren in een smart grid (= slim netwerk) is tegenwoordig nog een uniek gegeven in residentiële gebouwen. IBK zet hier wel degelijk op in en behaalt zo een verwarmingsvermogen onder 15 W/m² bij haar wooneenheden.
2. Het label A of A+
Dit label neemt alle parameters van de energiehuishouding mee op in de tool. De berekening wordt uitgevoerd bij een EPC- of EPB-specialist. Zo worden de energieverliezen en energieopbrengsten in rekening gebracht en kan het totaal plaatje vergeleken worden met andere gebouwen of woningen.
Heb je technieken op basis van hernieuwbare energiebronnen laten installeren dan haal je goede punten in de berekening. Maar het geheel van isolatiegraad, verwarmingsinstallatie, ventilatie, PV-panelen, …. bepaalt het uiteindelijke label.
Het label A kan toegekend worden op basis van 2 verschillende berekeningen. Bij het EPC (energie prestatie certificaat) van maximaal 100 kWh/m². Beter en een recentere tool is de EBP berekening. De EPB neemt de gebouwmaterialen, details van de installaties, gegevens ventilatie, warm water en verwarming op in de tool. Dit resulteert in een zogenaamd E-peil en hoe lager dit is hoe beter het gebouw aan de energienormen voldoet. Label A refereert naar een E-peil van maximaal 60 (E60). De gebouwen van IBK kennen een Epeil van maximaal 20.
https://www.energiesparen.be/energiedoelstellingen-tegen-2050
